22 november 2024

Meiose, of reductie deling uitleg

Gast  schrijft:
De meiose ook wel reductiedeling is een proces dat heel slecht wordt uitgelegd in schoolboeken. Daarom twijfel ik ook of ik het wel goed begrijp.
Ik kan uit de meiose opmaken dat er in de interfase een verdubbeling van het erfelijk materiaal optreedt. Voor een mens betekend dit dus 23 paar wordt 46 paar. Dit wordt verdeeld over de cellen. Dus elke pool bevat nu 23 paar chromosomen. Deze worden vervolgens uitelkaar getrokken waardoor er 4 groepjes van 23 chromosomen ontstaan. Ik hoop dat als ik iets over het hoofd zie, iemand mij het simpel kan uitleggen. In de literatuur wordt namelijk gesproken over uit 1 diploide cel zijn na de meiose 1, 2 haploide cellen onstaan, met andere woorden 2 cellen met 23 chromosomen. Het is dan niet meer mogelijk om dit over 4 cellen te verdelen. Ik vermoed dat er dus bedoeld wordt diploide cel 46 paar (omdat er gekopieerd is) haploide cel 23 paar.

Zo!,….dit moest even worden voorgesteld aan onze medic Richard. Maar hij heeft het gevonden, zie het antwoord onder meer lezen:

De meiose omvat twee delings processen, kortweg meiose 1 en 2

 

Meiose 1:
Hierbij onderscheidt men de volgende fasen: Profase1; deze duurd veel langer dan de proface in de mitose. De chromosomen bestaan aanvankelijk ieder nog uit twee chromatiden zoals de mitose. De homologe chromosomen ( de twee op elkaar lijkende chromosomen van een paar) gaan naar elkaar toe, en gaan “paren”, waarbij ze korter en dikker worden.Daarna beginnen de homologe chromosomen elkaar af te stoten. Op bepaalde plaatsen blijven ze echter nog bij elkaar: de chiasmata. De chromosomen worden nog korter; kernmembraan en kernlichaampjes verdwijnen en de kernspoel wordt zichtbaar.

 

Metafase 1: de chromosmen rangschikken zich in het equatorvlak; de centromeren delen zich niet.

 

Anafase 1: de scheiding van de homologe chromosomen wordt nu voltooid; de chromosomen, ieder bestaande uit twee chromatiden, begeven zich naar de polen.

 

Telofase 1: de chromosomen komen bij de polen. Er wordt een kernmembraan gevormd en tevens een celmembraan, waardoor er twee cellen zijn ontstaan. De kernen hebben dus ieder slechts de helft van het aantal chromosomen van de moedercel waaruit ze zijn ontstaan. In de meiose 1 vindt derhalve de reductie plaats.

 

Meiose 2:
Deze deling kan beschouwd worden als een gewone deling (mitrose). Er wordt een nieuwe spoel figuur gevormd die loodrecht op de eerste staat. De centromeren delen zich nu, waardoor de chromatiden, die nu weer chromosomen genoemd worden, zich naar de polen begeven. Er zijn tenslotte vier kernen ontstaan, de zogenaamde tetradefiguur. Iedere kern is haploid. Als het cytoplasma zich heeft gedeeld zijn er, na differentiatie, vier individuele gameten ontstaan. Bij de spermatogenese (vorming van zaadcellen) levert iedere moedercel vier functionele zaadcellen. Bij de oogenese (vorming van eicellen)blijft er slechts een functionele eicel over die zeer veel cytoplasma (reservevoedsel) bevat. Gedurende meiose 1 krijgt een van de dochterkernen vrijwel al het cytoplasma, terwijl de andere kern als zogenaamd poollichaampje degenereert. Gedurende de meiose 2 wordt opnieuw een poollichaampje gevormd, waardoor tenslotte een grote eicel overblijft.

Ik hoop dat je hiermee voort kan. Ik hoop je ondertussen lid geworden bent, als je dat was geweest had ik je direct een bericht kunnen sturen.

Met dank aan Richard O.