kaarsen
In het verhaal van paraffine kaarsen staat dat deze niet zo goed voor de gezondheid zijn, vanwege benzeen die er inzit en mee verbrand. Hoe is dit met de Goudse stearine kaars? Hiervan wordt gezegd dat deze schoner en langer branden! Is dit zo en wat heeft deze als nadeel, behalve dat ze flink duurder zijn??
In oude avonturenromans gebeurt het nog wel eens: de held(in) verdwaalt, krijgt honger en eet in wanhoop een meegebrachte kaars op. Toen kon dat nog, want kaarsen waren destijds van bijenwas. Tegenwoordig zelden meer. Waarom niet? En is dat vooruitgang?
Lees verder . . .
Smeerkaarsen
Vroeger waren er kaarsen van dierlijk vet of (dure) bijenwas. Vooral eerstgenoemde ‘smeerkaarsen’ walmden en gaven ongezonde stoffen af. Met de ontdekking van stearine, kunstwas geperst uit verzeept plantaardig of dierlijk vet, veranderde dit. Stearine brandt helder, druipt niet en wordt niet slap. Ideaal materiaal. Kort daarna werd nog een was ontdekt: paraffine, reststof van aardolieraffinage. Paraffine wordt eerder zacht en trekt krom, maar brandt feller en is goedkoper. Paraffine wordt tegenwoordig meestal gecombineerd met het krimpende stearine, tegen kromtrekken en om kaarsen gemakkelijker uit gietvormen te krijgen. De katoenen lont is door een vlechtechniek ‘zelfsnuitend’: ze buigt naar een zijde, zodat de punt afbrandt.
Dat klinkt perfect. Toch zijn er ook nadelen. Bij alledaagse huishoudelijke verbrandingsprocessen komen kankerverwekkende stoffen vrij (PAK’s). Stearine stoot slechts kooldioxide, water en energie uit. Paraffine is twijfelachtiger. Het is weliswaar niet giftig, maar bevat toch lage concentraties van een aantal potentieel gevaarlijke stoffen, zoals benzeen, tolueen, naftaleen en butanon. Bij normaal gebruik valt het risico mee, maar met de ‘uitstoot’ van chemisch geparfumeerde geurkaarsen was de Consumentenbond onlangs niet blij. Over de milieu- en gezondheidseffecten van kleurstoffen is weinig te vinden. Een onzuivere vlam geeft verhoogde concentraties fijnstof in huis. Ook de lont is van belang. Voor een lagere brandsnelheid en tegen nagloeien wordt er geïmpregneerd met zouten, in kleine hoeveelheden, die ‘verglazen’ rond de lont. Het meest gebruikt worden borax en boorzuur, niet zeer schadelijk, eventueel aangevuld met natriumfosfaat of diammoniumwaterstoffosfaat, iets minder prettige stoffen. Schadelijker is lood, om de lont te verstevigen tegen wegzakken. In de EU is dit gelukkig verboden. Het minder schadelijke zink wordt nog wel gebruikt. Tot slot is de milieubelasting van waxinelichtjes erg hoog, omdat zij zelden zonder aluminium houder te krijgen zijn.
Impregneren
Gentech
Milieuvriendelijk en gezond kaarsen branden? Koop geen aluminium cupjes. Ventileer. Tegen fijnstof: zet kaarsen niet op de tocht of in te afgesloten houdertjes. Lonten impregneren gebeurt overal, maar let op metaaldraadjes! Stearinekaarsen kunnen van dierlijk vet of palmolie zijn, beiden niet gegarandeerd duurzaam. Sojakaarsen branden schoon en lang. Sojastearine is helaas te zacht voor spitse tafelkaarsen en mogelijk gentech. Biologische, gentechvrije sojakaarsen bestaan wel.
Kijk bij Inbloei, Nieuwe Binnenweg 93a, Rotterdam, of op www.ecotrend.nl. Prijs €2,50 tot €11,-, 15 tot 50 branduren, stomp of in glas. Vaak wel gekleurd en met natuurlijke geurstoffen. Klassieke bijenwaskaarsen zijn duurder, niet veganistisch, maar niet gekleurd of chemisch gebleekt, en met natuurlijke honinggeur.
Bezoek natuurvoedingswinkels, www.dipam.nl of www.bijenwaskaars.nl.
BRON:: CONSUMENT http://www.milieudefensie.nl/publicaties/magazine/2008/maart/bijenwaskaars.pdf
Een leuk truukje is: om een kaars die net uitgeblazen is weer aan te steken. Op het moment dat je hem uitblaast onstaat er een rooksliertje. Dit zijn brandbare gassen en als je een lucifer of aansteker in dit sliertje houdt, ontsteek je het rooksliertje en de kaars weer met een beetje geluk.
***arjen***